Hand in hand

Hand in hand. (2017)

 

Nee, ik ben heteroseksueel. Ja, ik woon in een vrije samenleving. Een samenleving waar iedereen de vrijheid heeft om zijn achtergrond, cultuur, normen, waarden, religie en geaardheid te beleven en te tonen. Zonder daarvoor gestraft te worden. Zolang hij of zij maar gewoon goed functioneert in diezelfde samenleving. Dat heet beschaving.

 

Ja, zij zijn homoseksueel. Ze wonen in een vrije samenleving. Waarin ze gewoon liefdevol hand in hand over een brug kunnen lopen. Zonder daarvoor gestraft te worden. Waarin ze niet bang hoeven te zijn om de tanden uit de bek te worden geslagen met een betonschaar, door een groep jongeren met een dubbel paspoort die het zicht niet kunnen velen.

 

Vrijheid is een groot goed. Maar, vrijheid schept ook verplichtingen. Het dient te worden bewaakt. Niet alleen door een militair apparaat dat onze landsgrenzen veiligstelt. Niet alleen door een Lange Arm Der Wet dat de veiligheid buitenshuis, op straat bewerkstelligt. Wij zelf, de burgers van dit land, wij hebben ook de plicht om die vrijheid te bewaken. Met fatsoen.

 

Helaas leven er ook lieden in ons land die er een geheel andere interpretatie op na houden. Hun ouders of grootouders zijn destijds door het Nederlandse bedrijfsleven gerekruteerd in den verre. Als “gastarbeiders” hebben die zich ziek gewerkt op plekken die wij Nederlanders niet wilden beroeren. Ze gingen dus niet terug. Ze bleven, en hun gezinnen kwamen hier.

 

Nu, zo’n drie generaties verder, met allerlei associatieverdragen die Nederland met die landen heeft afgesproken, groeit hier een clubje op, licht getint, van etnisch Noord-Afrikaanse afkomst, voorzien van twee paspoorten, maar hier geboren. “Nederlandse” jongeren. Dat land van hun voorouders, dat kennen ze alleen van vakanties. En van hun ouders’ verhalen.

 

Jongeren die niet worden gehinderd door enige vorm van opvoeding, normen, waarden, grenzen. Die thuis, met onwetende ouders, opgroeien als Zijne Koninklijke Hoogheid, de Koning van Marokko. Emotioneel ontheemd. Niet Nederlands genoeg voor Nederland, niet Marokkaans genoeg voor Marokko. “Neder-Mokro’s” met een eigen taal en mentaliteit.

 

Met het intellect van een fruitvlieg, komen ze samen op straat, vormen een groep, noemen zich “Straat Hyena’s” of iets anders, gooien met stenen naar bussen, stelen als de raven, overvallen oude dametjes of homostellen. Wanneer ze maar net meerderjarig zijn, dealen ze in drugs, worden “lover boys”, en rijden in een vette Audi die ze normaal nooit kunnen betalen.

 

Die school in die stadse buitenwijk, die maken ze vaak niet af. Den Haag noemt die gebieden “krachtwijken” en diens jonge inwoners “kansenparels”. Ik noem het ghetto’s met een hoog gehalte aan uitschot. Ze worden soms gearresteerd. Om vervolgens te worden berecht door geitenwollensokken-magistraten in een te politiek correcte samenleving. En wij zijn te bang.

 

Zolang die angst regeert, verandert er niets. Zachte heelmeesters maken stinkende wonden. Ik heb wel eens gezegd: mooi, die democratie, maar we hebben een snufje dictatuur nodig, voor de broodnodige orde. Zodat bijvoorbeeld die “Neder-Mokro’s” eindelijk eens gecorrigeerd worden. Want, blijkbaar doen hun ouders dat niet. Niet goedschiks, dan maar kwaadschiks.

 

Nee, ik zeg niet dat de integratie in Nederland mislukt is. Het gaat gelukkig maar al te vaak goed. Getuige een Tweede Kamer Voorzitter en een Burgemeester van Rotterdam. Zoals Brigitte Gabriel ooit stelde: het is een minderheid die de stille meerderheid overstemt en die laatste irrelevant maakt. Een meerderheid die met ons hulp de schade moet beperken.

 

Edoch, zolang dat homostel op die brug in elkaar wordt geslagen, hebben wij geen vrijheid…